Annet Wind: ‘Per huisarts kunnen circa 20 tot 25 kwetsbare ouderen extra ondersteuning krijgen’
Op dit moment doet ongeveer een derde van de huisartsenpraktijken mee aan een speciaal programma om kwetsbare ouderen te monitoren, maar dit aantal kan nu makkelijker uitgebreid worden. Sinds kort is er namelijk op initiatief van VGZ een structurelere vorm van financiering, een ontwikkeling die ZZWW toejuicht. Vijf vragen aan Annet Wind (kaderarts ouderengeneeskunde) over wat deze verandering betekent voor patiënten, mantelzorgers en huisartsen.
Hoe zit het precies in elkaar?
“Dankzij de nieuwe financieringsvorm kunnen huisartspraktijken makkelijker een praktijkondersteuner die gespecialiseerd is in ouderenzorg aanstellen of laten opleiden. Deze praktijkondersteuner neemt kwetsbare ouderen onder de hoede. Deze uitgebreide ondersteuning van ouderen bestond al wel, maar huisartspraktijken moesten tot nog toe zelf de financiering aanvragen en kregen telkens geld voor een vastgestelde periode. Sinds kort krijgen huisartsen via de Zorgkoepel West-Friesland structureel geld voor het leveren van zogeheten proactieve samenhangende zorg aan kwetsbare ouderen. Welke zorgverzekering een patiënt heeft, maakt hiervoor niet uit. Daarnaast coördineert de Zorgkoepel het programma door algemene afspraken te maken met onder andere Omring, Geriant, de gemeenten, apotheken en andere zorgverleners. De Zorgkoepel schoolt en coacht de huisartsen en praktijkondersteuners en houdt de kwaliteit van de zorg in de gaten.”
Wat merken ouderen ervan?
“De patiënt krijgt thuis een praktijkondersteuner op bezoek voor een uitgebreide jaarlijkse inventarisatie. Daarbij is het vooral van belang dat de focus niet alleen ligt op de medische aspecten, maar dat de praktijkondersteuner ook doorvraagt over hoe de patiënt in het leven staat: Hoe voelt hij of zij zich? Wat is lastig en wat schenkt juist vreugde? Hoe kan dat verbeteren? Is er meer hulp van buiten nodig voor de patiënt of de mantelzorger? Hoe kijkt iemand aan tegen reanimatie en opnames in het ziekenhuis? Wie zijn de contactpersonen? Dat soort zaken komen allemaal aan bod.”
Dus het gaat meer om de kwaliteit van leven dan om de medische aspecten?
“Inderdaad. Maar dat is natuurlijk wat vaag, dus het is van belang om het concreet te maken. De praktijkondersteuner benoemt daarom aan het einde van het gesprek vijf urgente verbeterpunten om op korte termijn aan te pakken. Bijvoorbeeld weer elke dag een warme maaltijd eten, zodat iemand niet meer afvalt, meer energie krijgt en minder depressieve gevoelens heeft. Want als je je slap voelt, word je sneller somber. De praktijkondersteuner denkt ook mee over hulpmiddelen en ondersteuning, zodat de patiënt weer naar buiten kan. Zo simpel kan het soms zijn en dan is er helemaal geen extra pilletje van de dokter nodig. Maar misschien wel een vrijwilliger of een thuiszorgmedewerker die helpt bij het bestellen van medicatie of kant-en-klaarmaaltijden. Het is essentieel om dit samen met de patiënt en mantelzorger te doen. Zij moeten zelf ook willen meewerken en problemen niet bagatelliseren.”
Is dat jaarbezoek het enige wat er gebeurt?
“Nee hoor, tussentijds houdt de praktijkondersteuner een vinger aan de pols door regelmatig te bellen naar de patiënt of langs te gaan als dat nodig is. En daarnaast organiseert de praktijkondersteuner jaarlijks een overleg met diverse hulpverleners en de apotheker die bij de patiënt betrokken zijn. Soms zijn de patiënt zelf en zijn of haar mantelzorger daar ook bij. In dit overleg wordt alles goed afgestemd en gekeken of er niets over het hoofd wordt gezien. Het gaat erom dat tijdig risico’s worden ingeschat en problemen worden voorkomen. Denk bijvoorbeeld aan vallen, ondervoeding en somberheid.”
Wat zijn de gevolgen van de corona en wat zijn de verwachtingen op korte termijn voor deze extra ouderenzorg?
“Tijdens de lockdown zijn de huisbezoeken er niet geweest, maar zijn de tussentijdse telefonische contactmomenten wel doorgegaan. Na de lockdown hadden sommige praktijkondersteuners soms wat minder tijd voor de ouderenzorg, omdat bijvoorbeeld de hartcontroles ingehaald moesten worden. Het zal wel weer in normaal vaarwater terechtkomen, verwacht ik. Wat betreft de toekomst: ik hoop dat meer huisartsenpraktijken zich gaan aanmelden voor het programma. Nu zijn dat er al twintig, en er is ruimte voor alle praktijken in onze regio. De Zorgkoepel is druk bezig om de huisartsen te informeren hierover. Patiënten en mantelzorgers kunnen zichzelf overigens niet zelf aanmelden, maar wel hun huisarts erop wijzen.”
ZZWW juicht extra ondersteuning voor ouderen toe
Wij als Stichting Zorg Zoals de Westfries het Wil vinden het een goede zaak dat de ouderenzorg serieus wordt genomen. Daarom zijn we blij dat VGZ het programma ‘Proactieve samenhangende zorg voor de meest kwetsbare ouderen’ nu structureel gaat financieren en dat de Zorgkoepel de coördinatie, coaching en scholing op zich neemt.
Over Annet Wind
Annet Wind is als kaderarts ouderengeneeskunde namens de Zorgkoepel West-Friesland nauw betrokken bij het programma ‘Proactieve samenhangende zorg voor de meest kwetsbare ouderen’. Daarnaast is ze al jaren huisarts in Hoorn en ze heeft tot voor kort alle kaderartsen (gespecialiseerde artsen) voor de ouderenzorg in Nederland opgeleid vanuit het Leids Universitair Medisch Centrum.