‘Ernst Kuipers, waarborg stem van de burger beter’

ZZWW roept nieuwe minister op om inwoners bij regionale samenwerking een steviger positie te geven

 

 

Stichting Zorg Zoals de Westfries het Wil (ZZWW) heeft de nieuwe minister van Volksgezondheid, Ernst Kuipers, een brief gestuurd. Daarin zegt ZZWW dat burgers nu nog onvoldoende kunnen meepraten over kwesties die binnen de zorg in de regio spelen. ZZWW roept de minister op om dit te veranderen. “Het past bij de nieuwe bestuursstijl die het kabinet voorstaat om burgers meer invloed te geven op de zorg in hun eigen regio”, aldus het ZZWW-bestuur.

“Wij hebben gelezen dat een van uw prioriteiten regionale samenwerking is. In dat verband vragen wij u daarom aandacht voor het volgende”, schrijft ZZWW in de brief. “Het Rijk en de zorgverzekeraars zijn in diverse regio’s aan de slag met zogeheten regiovisies. Wij merken – niet alleen bij dit proces – dat burgers onvoldoende betrokken worden bij het meedenken over de zorgbehoefte in hun regio.”

Cultuuromslag

ZZWW roept de minister op om inwoners een duidelijke en stevige positie te geven. “De ingrijpende veranderingen in de zorg, die nodig zijn om, onder andere de kosten beheersbaar te houden, kunnen alleen maar succesvol zijn als ook inwoners hierbij worden betrokken. Dat vergt een cultuuromslag in denken, zowel bij zorgverzekeraars als bij professionele zorginstellingen. Helaas moeten wij constateren, dat de belangen van burgers onvoldoende aan bod komen en dat landelijk werkende organisaties, zoals de Patiëntenfederatie, onvoldoende zicht hebben op wat er regionaal gaande is.”

Automatisch uitnodigen

Daarom moet het bij belangrijke zorgkwesties volgens ZZWW vanzelfsprekend (en liefst ook officieel vastgelegd) zijn dat burgerorganisaties zoals ZZWW worden uitgenodigd om met gemeenten, zorgaanbieders, zorgverzekeraars en andere stakeholders aan tafel te zitten.

Daarnaast wenst ZZWW de minister ook sterkte en wijsheid toe. “Het is zeer te waarderen, dat u gekozen hebt voor deze publieke functie in een heel moeilijke tijd”, aldus het bestuur van Stichting Zorg Zoals de Westfries het Wil.

Diverse Kamerfracties hebben de brief ook gekregen.

Foto: Ernst Kuipers (credit: Rijksoverheid)

Terug naar de nieuwspagina

Meld u aan voor de nieuwsbrief


Veel lof voor rapport en manifest van ZZWW

Zorg Zoals de Westfries zet raderen in beweging dankzij manifest en rapport

 

 

Stichting Zorg Zoals de Westfries het Wil (ZZWW) heeft veel enthousiaste reacties gekregen op het manifest en het onderliggende rapport ‘Onbezorgd oud worden in Westfriesland’. Het heeft zelfs ertoe geleid dat de wethouders van de zeven Westfriese gemeentes hebben toegezegd dat ZZWW kan toetreden tot het Westfriese Woonzorg-Pact.

Reacties van politici

Diverse raadsleden hebben inmiddels ook al gereageerd. Zo heeft fractievoorzitter Kees Maas (ChristenUnie Hoorn) laten weten dat in regionaal verband het rapport en het manifest zal bespreken.

Dick Bennis (CDA Hoorn) heeft vragen gesteld aan het college van B en W. Ook Claudia Selders (CDA Medemblik) wil dat het college van Burgemeester en Wethouders binnenkort inhoudelijk aan de gemeenteraad een reactie geeft over wat er met het rapport en het manifest van ZZWW zal gebeuren.

Bert de Jong van de partij Morgen uit Medemblik vindt dat ZZWW uitstekende punten naar voren heeft gebracht en wil daarom een aantal onderdelen van het rapport en het manifest opnemen in het verkiezingsprogramma voor de gemeenteraadsverkiezingen in 2022.

Daarnaast complimenteren zowel Esther Hendriks (regiomanager VGZ) als Harry Nieuwenhuizen (directeur van de Rabobanken Noord-Holland) ZZWW. “Een uitstekend initiatief van ZZWW om een woonzorgvisie te ontwikkelen.”

 

Al in 2022 concrete plannen nodig!

Maar het moet niet alleen bij praten blijven vindt ZZWW. Een regiegroep zoals het Westfriese Woonzorg-Pact is een van de speerpunten van het manifest van ZZWW. Dit overlegorgaan is nieuw en bestaat uit vertegenwoordigers van de zeven Westfriese gemeenten, een brede groep van zorgaanbieders, ziektekostenverzekeraar VGZ, Intermaris namens de woningcorporaties, maatschappelijke zorg- en welzijnsorganisaties en ZZWW. En dit gezamenlijke regionale overleg moet nu echt in 2022 tot daden overgaan, vindt ZZWW.

Omring: ‘Handen ineen slaan’

Frido Kraanen (zorgaanbieder Omring) roept daartoe ook op en vindt tevens dat ZZWW terecht de stem van de burger moet kunnen vertolken tijdens regionaal overleg over ouderenhuisvesting. Kraanen in een schriftelijke reactie:

“De grote opgave om de problemen van de vergrijzing het hoofd te bieden kan alleen slagen als enerzijds meerdere partijen (zoals gemeenten, corporaties en zorgorganisaties) de handen ineen slaan en we er anderzijds de inwoners van Westfriesland actief bij betrekken.

Dat laatste is essentieel omdat we de kracht van de samenleving heel hard nodig hebben, omdat Westfriezen mee kunnen denken bij de noodzakelijke oplossingen en omdat inwoners mee moeten doen bij deze oplossingen.

ZZWW heeft laten zien daartoe bereid te zijn! Dat stemt mij zeer positief. Een zorgzame samenleving kan immers niet zonder de inzet van de samenleving zelf. Vergrijzing is immers geen zorgopgave, maar een uitdaging voor ons allen! De woonzorgvisie die verwoord wordt in het rapport ‘Onbezorgd oud worden in Westfriesland’ sluit aan bij de opgaven die wij zien.

Het gesprek daarover moeten we aangaan. Maar het mag nooit bij praten blijven, de echte impact maken we met afstemming, afspraken en uiteindelijk actie!

Omring heeft inmiddels dan ook het initiatief genomen tot een intentieverklaring die moet regelen dat het woonzorgvraagstuk in West Friesland, dat ZZWW ook adresseert, een brede coördinatietafel krijgt. De vele partijen, die hierop acteren, moeten hun activiteiten afstemmen. Nu gebeurt er nog te veel in de eigen silo’s.

De partijen (zorgpartijen, gemeenten, woningcorporaties, VGZ, mantelzorgcentrum, welzijnsorganisatie en vrijwilligersorganisatie) hebben unaniem aangegeven dat het betrekken van inwoners onmisbaar is. De eerstvolgende stap is deze intentieverklaring te tekenen en dan concrete plannen te maken. Dat moet echt gaan over de opgaven in de kernen van West Friesland. We hebben geen tijd te verliezen!”

 

‘Prestatieconvenant moet er komen’

Ab Gieling (De Woonschakel) roept zelfs op om jaarlijks een prestatieconvenant op te stellen. Hij praat ook namens de woningcorporaties Intermaris, Welwonen, Wooncompagnie en het Gemeentelijk Woningbedrijf in Opmeer.

Gieling: “ZZWW snijdt in het manifest en het rapport een goed punt aan. Vergrijzing is een groot probleem, signaleren ook wij als woningcorporaties. En het is inderdaad belangrijk om niet allemaal zelf te proberen het wiel uit te vinden bij het oplossen van de problemen die voortkomen uit de vergrijzing. We moeten elkaar beter van informatie voorzien. Zowel op regionaal als lokaal niveau. Om slechts één voorbeeld te noemen: we hebben nu geen goed inzicht in de wachtlijsten voor woonzorgcomplexen. Dat is lastig als je als woningcorporaties wil inschatten welke woningbehoefte er in de regio onder senioren bestaat.

Een betere samenwerking tussen diverse stakeholders is van groot belang. Daarom willen wij als corporaties ook graag toetreden tot het Westfriese Woonzorg-Pact. En daar moeten ook burgers bij betrokken worden. Wel heb ik een kanttekening als er in Westfriesland een nieuw overlegorgaan wordt opgezet: ik ben een groot voorstander van prestatieconvenanten. Jaarlijks gezamenlijk een dergelijk contract opstellen dwingt bestuurders om zich ook aan afspraken te houden en zich te verantwoorden als het niet gelukt is. Anders gebeurt er niet veel.”

 

Manifest ‘Onbezorgd oud worden’ gratis downloaden? Klik hier

Bekijk via YouTube een kort filmpje met de presentatie van het manifest ‘Onbezorgd oud worden’: Klik hier

Het onderliggende rapport over ouderenhuisvesting en ouderenhuisvesting gratis downloaden? Klik hier

Terug naar de nieuwspagina

Meld u aan voor de nieuwsbrief


Serie ouderenhuisvesting (deel 4)

Ab Gieling (De Woonschakel): “Wees creatief bij het bedenken van oplossingen’

 

 

“Mensonterend vind ik het: dan ben je meer dan 50 jaar getrouwd en word je van elkaar gescheiden omdat je partner naar een verpleeghuis moet. Daarom ben ik zo blij dat we in het vernieuwde woonzorgcomplex Martinus in Medemblik ook appartementen voor twee mensen hebben gemaakt. Dan denk ik trots: zo kunnen we als woningcorporatie echt iets toevoegen”, zegt Ab Gieling (directeur van woningcorporatie De Woonschakel in Westfriesland).

“Natuurlijk”, waarschuwt hij meteen, “is het dan wel de bedoeling dat de achterblijvende partner na het overlijden van zijn of haar echtgenoot of echtgenote in het appartement mag blijven wonen. Dat moet wel goed geregeld worden, anders is het nog altijd vreselijk.”

Ouderenhuisvesting is een van de belangrijkste onderwerpen die hem na aan het hart ligt. “Het is namelijk een hot item. Ik merk dat aan de signalen die we bij De Woonschakel binnenkrijgen. Bovendien zie ik ook de vergrijzingscijfers regelmatig voorbij komen.”

Wat zeggen de cijfers?

Voor het interview met ZZWW heeft hij uit zijn eigen organisatie wat cijfers over senioren naar boven gehaald:

  • De Woonschakel heeft 5900 zelfstandige huurwoningen in Westfriesland.
  • De gemiddelde leeftijd van alle hoofdbewoners is 57,4 jaar.
  • Maar liefst 42 procent van alle hoofdhuurders is 65 jaar of ouder.
  • In de standaardwoningen met 4 of 5 kamers wonen 1200 hoofdhuurders met een gemiddelde leeftijd van 74,7 jaar.
  • In de 1000 seniorenwoningen is de gemiddelde leeftijd van de hoofdhuurder 78,6 jaar.
  • De Woonschakel heeft 7 woonzorgcomplexen/seniorenwoningen met zorg dichtbij voor ouderen in de regio en is bezig om Knarrenhofjes in de regio te bouwen (waarbij senioren voor elkaar zorgen).

Doorstromingsprobleem

Als je constateert dat 1000 mensen in een gehuurde eengezinswoning wonen terwijl ze boven de 65 zijn, dan zie je dat de doorstroming op de huurmarkt stokt. Komt dat omdat er te weinig woonzorgcomplexen en huurwoningen voor zelfstandig wonende ouderen zijn (zoals aanleunwoningen)? “Ja, dat is zeker een oorzaak, al hebben we helaas geen goed inzicht in de wachtlijsten. Maar er is zeker veel behoefte aan, dat weten we wel.”

De Woonschakel kan toch meer bouwen…?

Waarom bouwt De Woonschakel dan niet meer seniorenwoningen of woonzorgcomplexen? Bijvoorbeeld in Hoorn en Stede Broec? “Daar zijn verschillende redenen voor. Op de eerste plaats werkt de marktwerking tegen ons. Grote zorgaanbieders willen geen langlopende contracten van 20 jaar meer aangaan. Ze zijn bang dat ze een aanbesteding verliezen bij een gemeente voor de thuiszorg die ze aan zelfstandig wonende ouderen bieden. Contracten met ziektekostenverzekeraars voor de intensieve zorg in woonzorgcomplexen zijn ook kortlopend. Ik heb dan ook veel begrip voor de zorgaanbieders die geen langlopende contracten willen, hoor. Maar wij moeten miljoenen investeren, dus we willen ook zekerheid”, verzucht Gieling.

“Een ander aspect is dat de gedachten over hoe je zorg geeft, veranderen in de loop der jaren. Van grootschalige instellingen, zoals de vroegere verzorgingshuizen, naar kleinschalige woongroepen voor mensen met dementie bijvoorbeeld. Niet elk gebouw kan die veranderingen aan. Daarom willen zorgaanbieders het contract soms niet verlengen.” Het derde punt volgens Gieling is dat zorgaanbieders de 24-uurszorg wegens personeelsgebrek in kleine woningcomplexen niet kunnen garanderen. Daarvoor willen ze dan juist grotere woonzorgcomplexen.

“Als die later dan weer te groot blijken en een woonzorgcomplex leeg komt te staan, kunnen we ze wel ombouwen voor starters maar ja, dat kost geld. En we moeten dan ook vaak de huren verlagen.”

Verder speelt volgens Gieling bij het bouwen van seniorenwoningen waarin mensen zelfstandig wonen dat gemeentes soms wat huiverig zijn. “Ze zijn bang dat nog meer senioren dan een beroep doen op de gemeente voor vervoer of huishoudelijke hulp.”

Knarrenhofjes

Er gloort toch ook wel enige hoop, er zijn toch drie Knarrenhofjes in de regio de maak? “Jazeker”, beaamt Gieling. “Goed idee. Die woningen zijn weliswaar bestemd voor mensen die hun huis hebben verkocht – en dus levert het geen doorstroming op de huurmarkt op – maar ik moet nog wel even zien hoe die Knarrenhofjes over tien jaar functioneren. De pioniers trekken erin met veel enthousiasme en die worden op een gegeven moment zo oud, dat het de vraag is of het zorgen voor elkaar, wat de bedoeling is van een Knarrenhofje, nog steeds lukt.”

Kortom, nieuwe huurwoningen voor senioren (met of zonder zorg) bouwen is vrij ingewikkeld, wil Gieling maar zeggen.

Hulp voor de tuin

Overigens er niet alleen behoefte aan nieuwe woningen. Veel mensen blijven graag in hun huis wonen. “Vaak wordt op een gegeven moment voor onze oudere huurders de tuin een probleem. We proberen daar nu een oplossing voor te vinden door tuinonderhoud aan te bieden. Daarbij zetten we mensen in die een afstand tot de arbeidsmarkt hebben, zodat het mes aan twee kanten snijdt.”

“Dat betekent wel dat we creatief moeten zijn om dit te regelen, want wij hebben vanuit de overheid een opdracht gekregen om huisvesting te bieden en daar past strikt genomen tuinonderhoud niet in. En dat is dus precies wat ik juist zo belangrijk vind: dat je als organisatie kijkt naar hoe je iets wel kunt realiseren en niet bij elke beer op de weg meteen roept ‘dat kan niet, hoor’. Of: ‘We doen het al jaren zo, dus blijven we het zo doen’.”

‘Denk in oplossingen en niet in problemen!’

Dat zoeken naar creatieve oplossingen is ook zijn hoop voor het project ‘Langer gezond thuis’ in Stede Broec. Bij dit project zitten de gemeente, Omring en de seniorenraad bij elkaar om oplossingen te bedenken. “Een van de zaken die naar voren is gekomen is dat er eigenlijk een plek binnen ‘schuifelafstand’ zou moeten zijn waar buurtgenoten – jong en oud – elkaar kunnen ontmoeten. Om samen te eten of andere activiteiten te ondernemen, zeker nu veel buurthuizen gesloten zijn. Als wij als woningcorporatie gevraagd worden om een dergelijke ruimte beschikbaar te stellen, dan willen we daar zeker aan meewerken.” Gieling hoopt dat andere gemeenten een vergelijkbaar project als in Stede Broec oppakken.

Om gemeentes zelf wat te prikkelen, vraagt De Woonschakel trouwens ook weleens naar de actuele woonzorgvisie bij gemeenteambtenaren of wethouders. “Die hebben ze niet of hij is verouderd of is te beperkt. Daarom wil ik gemeentes oproepen om in elk geval minimaal een woonzorgvisie te ontwikkelen en telkens te actualiseren. En die kan dan mooi als basis dienen voor het prestatieconvenant.”

Afspraken van bestuurders vastleggen

Hij pleit er namelijk voor dat bestuurders van gemeenten, zorgorganisaties, welzijnsorganisaties en woningcorporaties jaarlijks gezamenlijk in een prestatieconvenant concreet afspreken wat ze gaan doen om de ouderenhuisvesting en ouderenproblematiek de komende jaren op te lossen.

“Dus niet alleen een betere overlegstructuur optuigen, zoals ZZWW voorstelt. Daar ben ik ook zeer voor hoor, want dat ontbreekt nu. Maar met zo’n prestatieconvenant gaan we nog een stap verder. Want na een jaar moeten we afvinken wat er wel en niet is gebeurd en waarom. En dat gaat vooral heel goed werken als iedereen bereid is om creatief mee te werken.”

 

Terug naar de nieuwspagina

Meld u aan voor de nieuwsbrief


ZZWW overhandigt manifest en rapport aan wethouders Hoorn

ZZWW: ‘Snel meer regie nodig om goede zorg en woningen voor ouderen te regelen’

 

Stichting Zorg Zoals de Westfries het Wil (ZZWW) bepleit in het manifest en rapport ‘Onbezorgd oud worden in Westfriesland’ voor het opzetten van een slagvaardige regiegroep, die de problemen binnen de ouderenzorg en ouderenhuisvesting gaat oplossen.  ZZWW heeft het manifest en rapport ‘Onbezorgd oud worden in Westfriesland’ op 18 november aan de Hoornse wethouders Marjon van der Ven en Simon Broersma aangeboden in aanwezigheid van diverse lokale en regionale media.

 

Download het manifest van ZZWW Onbezorgd oud worden in Westfriesland

Download het rapport  over ouderenzorg en huisvesting in Westfriesland, met trends en ontwikkelingen

Regiegroep kan al op korte termijn starten

ZZWW wil dat er een regiegroep komt die binnen twee jaar concrete resultaten boekt. Het is de bedoeling dat de stakeholders binnenkort al bij elkaar komen.

Volgens ZZWW moeten in de regiegroep zetelen: vertegenwoordigers van de zorginstellingen, gemeenten, woningcorporaties, maatschappelijke organisaties en bedrijven, zoals bijvoorbeeld de banken. En daarnaast ook ZZWW, om de stem van de burger te vertolken.

Steunbetuigingen

Frido Kraanen en Jolanda Buwalda (beiden van zorgorganisatie Omring) en Ab Gieling (woningcorporatie De Woonschakel uit Medemblik) hebben al toegezegd dat zij de regiegroep en het manifest van ZZWW van harte ondersteunen.

Efficiënter

“Met een breed gedragen regiegroep kan er veel beter, sneller en slagvaardiger worden samengewerkt”, aldus het ZZWW-bestuur. “Dan hoeft niet telkens het wiel opnieuw worden uitgevonden en kunnen initiatieven veel beter op elkaar afgestemd worden.”

Het voorkomt onder andere dat er dubbel werk wordt gedaan. “Om een voorbeeld te noemen:  momenteel zijn er drie bureaus bezig met een onderzoek, eentje voor de gemeente Stede Broec en twee voor de gemeente Hoorn. Ze nemen grotendeels hetzelfde onderwerp onder de loep. En dan ligt er ook nog eens ons rapport. Dat lijkt toch zonde?”

Het ZZWW-rapport gaat uitgebreid in op landelijke, lokale en regionale cijfers, trends en ontwikkelingen binnen de zorg en de huisvesting voor ouderen – twee zaken die volgens ZZWW nauw met elkaar verbonden zijn.

Meersporenbeleid

De conclusie van dit degelijke ZZWW-onderzoek is dat er snel een meersporenbeleid moet komen, dat uit zes punten bestaat:

  1. Een woonzorgvisie, waarin ook de zorg voor ouderen met dementie opgenomen is, want die is behoorlijk urgent.
  2. Investeren in levensbestendige woonvormen.
  3. Meer inzet van technologie om effectievere zorg te leveren en het personeelstekort in de zorg gedeeltelijk op te vangen.
  4. Investeren in de (om)scholing van zorgpersoneel (eveneens om personeelsproblemen op te lossen).
  5. Werken in zorgnetwerken en met zorgcoöperaties om zorg op maat te leveren.
  6. Aandacht besteden aan welzijn van ouderen en een sociaal netwerk voor ouderen om problemen te voorkomen.

Waarom?

ZZWW: “Het is hard nodig dat er wat gaat gebeuren op korte termijn, want de ontwikkelingen gaan snel. Terwijl het aantal ouderen sterk toeneemt, zijn er in verhouding steeds minder professionals en mantelzorgers beschikbaar om hierin te voorzien. Het aantal ouderen met dementie neemt echter toe. Bovendien stijgen de zorgkosten, mede door de vergrijzing. En het leveren van betaalbare en kwalitatief goede zorg komt steeds meer onder druk te staan. Het gebrek aan levensbestendige woningen voor ouderen vergroot deze druk. Tevens heeft deze ontwikkeling een stagnerende invloed op de Nederlandse woningmarkt en op het langer zelfstandig kunnen wonen.”

Pact schiet tekort

Daarnaast constateert ZZWW dat in het actieprogramma Pact van Westfriesland ouderen en zorg nauwelijks genoemd worden. “Hieruit blijkt dat er dus nodig een tandje bijgezet moet worden. Zeker als Westfriesland de ambitie wil waarmaken om een van de tien meest aantrekkelijke regio’s van Nederland te worden.”

 

Klik hier om naar het bericht van Rodi Media over de overhandiging te gaan

Terug naar de nieuwspagina

Meld u aan voor de nieuwsbrief


Nog betere ziekenhuiszorg

ZZWW en Dijklander-cliëntenraad gaan samenwerken op bepaalde vlakken

De verstandhouding met het Dijklander Ziekenhuis was al goed en wordt nu nog beter. Stichting Zorg Zoals de Westfries het Wil (ZZWW) heeft vorige week tijdens een gesprek met de cliëntenraad van het Dijklander Ziekenhuis afgesproken om nauwer te gaan samenwerken.

“Een positieve zaak”, vindt het bestuur van ZZWW. “We kunnen samen optrekken rondom bepaalde onderwerpen, bijvoorbeeld als een van ons beiden een informatiebijeenkomst of enquête organiseert. Ook kunnen we ons gezamenlijk buigen over beleidsmatige zaken die op wat langere termijn spelen. Dat is niet alleen in het belang van patiënten maar ook van alle inwoners van West-Friesland.”

Terug naar de nieuwspagina

Meld u aan voor de nieuwsbrief


ZZWW geeft woningnood ouderen follow-up

Huisvestingskwestie Westfriese ouderen krijgt volop aandacht dankzij ZZWW

 

Stichting Zorg Zoals de Westfries wil de ouderenhuisvestingskwestie op de kaart blijven zetten, ook omdat er veel bijval komt uit diverse hoeken. ZZWW is daarom van plan om met een manifest en een informatiebijeenkomst te komen. Daarnaast voert ZZWW gesprekken met diverse organisaties om samen op te trekken.

De artikelenserie van ZZWW over de dreigende tekorten aan woningen voor ouderen doet veel stof opwerpen. ZZWW heeft meerdere reacties ontvangen van de achterban en bestuurders uit West-Friesland. Diverse burgers spreken hun zorg uit en vragen zich af of zij – als ze willen verhuizen naar een woning die meer voor hen geschikt is – nog wel die gelegenheid hebben nu de woningnood voor alle leeftijdscategorieën geldt. Zij willen graag hun grotere woning aan jongeren ter beschikking stellen, maar dan moet er wel de mogelijkheid zijn om bijvoorbeeld naar een Knarrenhofje te verhuizen.

Rabo reageert

Harry Nieuwenhuizen (directeur van de Coöperatieve Rabobank in de regio Noord-Holland Noord) reageerde ook direct met een mail. Nieuwenhuizen zei daarin dat hij de artikelen met veel belangstelling heeft gelezen. Het beleid van de Rabobank richt zich onder andere op langer thuis wonen, duurzaam wonen en het verbeteren van de toegang tot de woningmarkt.

“Op deze gebieden ligt er voor Nederland en dus ook voor de regio Noord-Holland Noord een forse opgave. Aan de hand van data uit diverse bronnen zijn we ons een beeld aan het vormen van de omvang van deze opgave en van de manier waarop deze door goed samen te werken in coalities effectief opgepakt kan worden.”

Nieuwenhuizen wilde graag een gesprek met het ZZWW-bestuur om te kijken hoe de Rabobank en ZZWW elkaar op dit vlak kunnen versterken. Inmiddels heeft dat gesprek plaatsgevonden. “Een nuttig gesprek en we voelen ons hierdoor nog meer gesterkt om dit onderwerp veel aandacht te geven”, aldus het ZZWW-bestuur.

Contact met woningbouwverenigingen

ZZWW heeft ook een gesprek gehad met woningcorporatie Woonschakel en is druk bezig met contact te leggen met Intermaris en Het Grootslag om te kijken wat deze organisaties kunnen doen aan het woningprobleem voor ouderen.

Manifest en themabijeenkomst

ZZWW wil met een goed onderbouwd manifest komen, dat aan diverse betrokkenen in Westfriesland wordt gepresenteerd. De bedoeling is dat er daarnaast een themabijeenkomst voor een breed publiek wordt georganiseerd, zoals ZZWW al eerder heeft gedaan. De datum wordt later bekend gemaakt.

Terug naar de nieuwspagina

Meld u aan voor de nieuwsbrief


ZZWW duikt in de ouderenhuisvesting (deel 3)

‘Om de vergrijzingsproblemen op te lossen moeten we met zijn allen in actie komen’

Vlnr op de foto: Frido Kraanen, Marja Flameling en Simon Broersma

Als we als ZZWW ouderenhuisvesting op onze agenda zetten, dan kloppen we in Westfriesland als vanzelfsprekend ook aan bij de gemeenten in de regio en de twee grootste aanbieders van woonzorglocaties en thuiszorg, Omring en Wilgaerden. Hoe denken zij over ouderenhuisvesting? Simon Broersma (wethouder van Hoorn), Frido Kraanen (bestuurder bij Omring) en Marja Flameling (directeur Zorg Extramuraal bij WilgaerdenLeekerweidegroep) geven hun mening. Zij hebben veel te vertellen, daarom deze keer een long story.

Zijn er nog wel wachtlijsten?

Corona heeft inderdaad leegstand veroorzaakt bij Omring en Wilgaerden, maar volgens zowel Kraanen als Flameling verhuizen er inmiddels weer meer mensen naar een woning met zorg of een aanleunwoning. Beiden verwachten dat de druk op de woningmarkt voor ouderen opnieuw in rap tempo de komende jaren zal toenemen, waarschijnlijk zelfs al meteen na deze zomer.

Hoe groot wordt het probleem?

Exacte cijfers over hoe lang ouderen op de wachtlijst moeten staan of hoeveel seniorenwoningen in Westfriesland precies nodig zijn, kunnen wethouder Broersma, Omring-bestuurder Kraanen en Wilgaerden-directeur Flameling niet geven. Maar de demografische cijfers van bijvoorbeeld Hoorn geven wel een indicatie. In 2040 is het aantal 65-plussers verdubbeld. Er zal volgens Actiz (de overkoepelende organisatie van zorgaanbieders) in Hoorn in 2040 behoefte zijn aan zo’n 15.000 woningen die aangepast zijn aan de behoeften van ouderen.

Kraanen neemt de tijdsspanne wat korter en becijfert in 10 jaar tijd een toename van 75-plussers in de regio Westfriesland, de Kop van Noord-Holland en Texel van 70 procent ten opzichte van nu. Op dit moment woont 8 procent van de 75-plussers in een verpleeghuis en dat zal dus ook stijgen.

“Behalve dat er genoeg appartementen of kamers voor hen moeten zijn, kampen we ook met een grote vraag naar personeel dat hen verzorgt. De arbeidsmarkt gaat namelijk in diezelfde periode krimpen met 10 procent. Kortom, het is duidelijk dat dit een spanningsveld oplevert, waar we echt wat aan moeten doen.”

Flameling deelt de zorg van haar Omring-collega. “We stevenen inderdaad op een probleem af als we niks doen. Per dorp of stad verschilt de druk op de woningmarkt overigens wel. Het hangt er vanaf of veel mensen in hun eigen omgeving willen blijven wonen en of daar mogelijkheden zijn. In Venhuizen is bijvoorbeeld een grote woonzorglocatie, waardoor de wachtlijsten daar altijd al minder zijn geweest.”

Waar hebben ouderen behoefte aan, willen ze allemaal wel thuis blijven wonen?

“Ik zie veel ouderen die verknocht zijn aan hun vertrouwde huis met tuin”, zegt Broersma. De Hoornse wethouder is er dan ook een voorstander van om zo veel mogelijk woningen aan te passen. “Als gemeente vergoeden we woningaanpassingen. Maar dat kan niet altijd. Soms is het advies: verhuis maar. Tja, en dan moet dat wel mogelijk zijn. Er is simpelweg niet voor iedereen een passende woning en al helemaal niet op korte termijn. Dat vind ik een groot dilemma.”

“Uit ons woonwensen onderzoek uit 2019”, zegt Kraanen, “blijkt dat ruim 70% van de mensen écht in hun eigen huis zo lang mogelijk willen wonen. Maar veel ouderen ondervinden een moment dat ze niet meer thuis kunnen blijven. Thuis blijven wonen is geen dogma, wel een begrijpelijke wens”

Flameling vult daarbij aan: “Als iemand lichamelijk of geestelijk verslechtert dan komt een zorglocatie met veel zorg in beeld – het verpleeghuis in de volksmond, maar wij gebruiken die term niet meer. De grootste groep is echter de groep die nog niet zo ver is. Je ziet bij hen dat het huis waarin ze hun kinderen hebben groot gebracht niet meer geschikt is om er te blijven wonen als ze een hoge leeftijd bereiken. Het is te groot, te ver van voorzieningen of niet geschikt omdat de badkamer niet geschikt is voor een rolstoel. Of hun partner overlijdt en ze voelen zich eenzaam of niet meer prettig in hun oude huis vanwege alle herinneringen. Of ze raken steeds vergeetachtiger en hun mantelzorgers trekken aan de bel dat het zo niet langer gaat.”

Deze groep is volgens Flameling op zoek naar een appartement met voorzieningen en sociale activiteiten dichtbij, waar ze zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen en niet meer nog een keer hoeven te verhuizen.  Zoals een aanleunwoning of andere geclusterde vormen van ouderenhuisvesting.

“Om een voorbeeld te geven: wij hebben in Westfriesland een paar honderd aanleunwoningen. De intentie is dat mensen hier in principe kunnen blijven wonen en thuiszorg krijgen als dat nodig is. Bij 95 procent van de mensen lukt dat inderdaad. Maar er zit een grens aan. Want als mensen bijvoorbeeld gaan dwalen, dan moeten ze toch voor hun eigen veiligheid verhuizen naar een meer beschermde woonzorglocatie.”

Hoe kan het ouderenhuisvestingsprobleem opgelost worden en kán het wel opgelost worden?

“Dit kunnen we als samenleving oplossen, daar ben ik van overtuigd”, zegt Kraanen. “Maar wel samen natuurlijk! Op de eerste plaats pleit ik voor minder administratieve rompslomp voor zorgpersoneel. Dat scheelt al een heleboel. Daarnaast zou ik graag de schoonmaak en het koken van maaltijden overlaten aan personeel zonder zorgopleiding. Meer technologie in huis kan een deel van de zorg overnemen. Dat is tijdens corona al gebeurd middels beeldbellen, maar er zijn wel meer opties.”

“Verder is het van belang dat we het als samenleving zelf samen oppakken en dat vrijwilligers mantelzorgers ondersteunen. Tot slot: meer clustering is ook van belang. Een groot deel van de tijd van thuiszorgmedewerkers gaat op aan fietsen van het ene naar het andere huis.”

Flameling vindt dat het twee voor twaalf is. “Wij als samenleving moeten er echt wat aan gaan doen! Ik vraag me af of we zelfs al niet te laat zijn.” Ze is het met Kraanen eens dat clustering van woningen waarin ouderen wonen die zorg of sociale contacten nodig hebben inderdaad een deel van de oplossing is.

“Daarin moeten we wel creatief denken met zijn allen. Vooral gemeenten. Zij moeten meewerken aan bouwen en verbouwen van wooncomplexen. Bijvoorbeeld door bij de bouw of verbouw ook plek vrij te maken voor een gemeenschappelijke ruimte waar sociale activiteiten kunnen plaatsvinden. En ervoor te zorgen dat er een gezondheidscentrum plus een supermarkt in of naast de woonlocatie komt.”

Waarom kunnen zorgaanbieders niet zelf meer bouwen?

Kraanen stelt duidelijk: “Wij zijn geen projectontwikkelaars. Sterker nog, we bezitten nog niet eens de helft van onze gebouwen. We hebben geen kapitaal genoeg noch de specialistische kennis om zelf te gaan bouwen. Daarom kun je de bal niet alleen bij ons neerleggen. Gemeenten zouden meer de regie moeten nemen. Wat ik dan ook niet begrijp is dat in het Pact van Westfriesland de vergrijzing geen thema is. Daarnaast ben ik tegelijk van mening dat er een collectieve verantwoordelijkheid is, ook van zorgpartijen. Daarvoor moeten we echt veel meer in gesprek dan we nu doen.”

Doen de gemeentes wel genoeg?

Broersma vindt dat de gemeente Hoorn niettemin zijn best al probeert te doen. Hij noemt een paar voorbeelden: het subsidiëren van het buurtrestaurant in Kersenboogerd nu het restaurant van woonlocatie Betsy Perk niet meer door het rijk wordt gefinancierd en het Wijklab van de Grote Waal.

“Zo bestrijden we in elk geval de eenzaamheid in bepaalde buurten. Daarnaast proberen we in Risdam Noord op de plek van een oude school de Dovenetel van de Stichting Knarrenhof te faciliteren. Dat is een initiatief van bewoners. Maar ik vind dat we onze aanslingerrol zeker nog serieuzer moeten nemen.”

Later stuurt hij via de mail nog wat extra informatie van zijn ambtenaren. Hoorn heeft naar aanleiding van de Actielijn Zorg en Ouderen van de rijksoverheid in 2018 onderzoek verricht naar de woningbehoeften van ouderen, binnen het meerjarenbeleidsprogramma Sociaal Domein zijn speerpunten uit deze Actielijn opgenomen.

“En”, zo schrijven de ambtenaren, “qua passende huisvesting wordt bij alle nieuwbouw- of herstructureringsprojecten geadviseerd of de locatie geschikt zou zijn voor ouderenhuisvesting.” Een geoormerkte pot voor ouderen is er niet bij de gemeente Hoorn.

Broersma is er ook een voorstander van om kantoren of winkels of ruimte boven winkels te verbouwen tot woonruimte, zodat er meer schot in de woningmarkt komt. Dat juichen Kraanen en Flameling van harte toe. “Al moet je er wel goed over nadenken op welke plek je een gebouw verandert in seniorenwoningen. Het terrein van Deen komt leeg, maar dat ligt erg ver van voorzieningen. Dat lijkt me dus geen goed idee.”

De ervaring van Flameling is dat de Westfriese gemeenten zich soms heel flexibel en coöperatief opstellen en soms opeens moeilijk doen. “Bij de verbouwing van woonlocatie de Perelaar in Zwaag loopt het gelukkig lekker. Maar het lijkt wel of het soms van een of twee ambtenaren afhangt. Dus ik zou willen zeggen tegen alle Westfriese gemeenten: beweeg zo veel mogelijk mee en zoek naar oplossingen niet naar problemen en kijk naar goede clustering. Maar goed, ik begrijp ook dat gemeenten aan regels gebonden zijn en dat er qua woningmarkt veel belangen zijn.”

Het woord clustering komt telkens terug: hadden de 800 verzorgingshuizen in Nederland wel moeten verdwijnen?

Volgens Broersma zit daar wel wat in. “Hm, tja, dat hadden we misschien niet zo rigoureus moeten doen. Een deel van de ouderen heeft zeker behoefte aan geborgenheid of aan een aanleunwoning en fleurt op als ze verhuizen. Maar de ouderen van nu willen wel wat moderner wonen dan in het toenmalige verzorgingshuis met een klein kamertje en soms nog zelfs een gezamenlijke badkamer. Ik vind het Jozefhuis in Blokker een voorbeeld van hoe een verzorgingshuis mooi is omgebouwd tot ouderencomplex.”

Kraanen: “Het is te simpel gesteld dat met verzorgingshuizen, als die waren blijven bestaan, het probleem wel opgelost zou zijn. Immers, de verzorgingshuizen zijn niet verdwenen maar vaak omgebouwd tot verpleeghuislocaties. Uit eerder genoemd eigen onderzoek onder Omring-pashouders blijkt wel degelijk dat de meeste mensen in de thuisomgeving oud willen worden, ongeacht hun kwetsbaarheid.”

“De zorgopgave van de toekomst is dus niet verzorgingshuizen weer te herintroduceren, maar mensen de mogelijkheid geven op een fijne en verantwoorde manier oud te worden in de eigen woonomgeving. En daarbij horen ook zaken als sociale contacten, ondersteunen van mantelzorgers en met de nieuwste technologie. De uitdaging van de toekomst zit voornamelijk in het volume van de vergrijzing; dat is in Nederland al groot en in Noord-Holland Noord nog veel groter.”

Flameling: “Langer thuis wonen wil niet per se zeggen ‘in het huis waar de kinderen zijn grootgebracht’. De praktijk leert dat een verhuizing vaak juist een goede stap is omdat de behoeften veranderen.”

“Maar het oude verzorgingshuis waarin je vanaf je 65ste werd vertroeteld is uit de tijd. Clustering en nabijheid van voorzieningen zoals winkels en zorg is echter wel degelijk nog steeds een belangrijke behoefte van ouderen. Samen eten, samen meedoen aan activiteiten, weten dat er iemand komt om je te verzorgen als er iets aan de hand is… Maar ook in je eigen appartement met je kinderen eten en niet in de eetzaal is een wens. Of vrijwilligers die de mantelzorger ontlasten door een middag of een avond wat te gaan doen met een oudere…”

Dat alles samen is het belangrijkste voor een grote groep ouderen, meent de Wilgaerden-directeur. “Dus gedeeltelijk zijn het de zaken die in een verzorgingshuis gefaciliteerd werden en gedeeltelijk gaat het om iets andere behoeften. En daar zullen we als samenleving samen op moeten inspelen. Ieder voor zich kan dit niet oplossen.”

Terug naar de nieuwspagina

Meld u aan voor de nieuwsbrief


ZZWW duikt in de ouderenhuisvesting (deel 2)

ANBO: ‘100.000 seniorenwoningen moeten er komen, dus actie is hard nodig’

Foto: Atie Schipaanboord (ANBO)

 Als ouderenhuisvesting beter geregeld is, komen er minder mensen in het ziekenhuis en is er minder (thuis)zorg nodig volgens Stichting Zorg Zoals de Westfries het Wil (ZZWW). Daarom besteden we de komende tijd aandacht aan verschillende aspecten van de ouderenhuisvesting in Westfriesland. Deze keer: wat vindt ouderenorganisatie ANBO ervan?

Corona-impact op aanbod zorgwoningen neemt snel af

Door de corona is er even een dipje in de vraag naar ouderenhuisvesting geweest, maar dit is snel aan het veranderen volgens Atie Schipaanboord, beleidsmedewerker bij de ANBO. “Het aantal ouderen blijft de komende jaren flink stijgen en daarom neemt de vraag naar seniorenwoningen sterk toe.”

Tot 2040 zijn er ongeveer 100.000 woningen voor ouderen nodig. Dat blijkt uit cijfers van de overkoepelende zorgorganisatie Actiz, woningcorporatievereniging Aedes, het SCP en het Planbureau Leefomgeving. Hoe groot de behoefte in Westfriesland precies is, heeft de ANBO niet paraat.

Verdubbeling van 75-plussers in Hoorn volgens ANBO

Wel is bij de ANBO bekend dat in bijvoorbeeld Hoorn in 2040 het aantal 75 tot 85-jarigen (van 4000 naar 7000) en 85-plussers (van 2000 naar 3000) flink zal zijn gestegen.

“Dit is een groep waarbij mobiliteitsproblemen, beginnende dementie, eenzaamheid etc. een steeds grotere rol gaat spelen. Maar het is eigenlijk beter om als oudere niet te wachten tot je hiermee te maken krijgt, want een verhuizing op hoge leeftijd is behoorlijk ingrijpend. Denk er al over na op je vijftigste of zestigste, zou ik zeggen.”

Daarom pleit de ANBO voor woningen die levensloopbestendig zijn, dus waar ouderen in kunnen blijven wonen. “Bijvoorbeeld zonder drempels, met een brede gang en een grote badkamer. En dichtbij winkels, een buurtcentrum, de huisarts, de fysio en de apotheek. De seniorenwoningen moeten nieuw gebouwd worden of er moeten nu op grote schaal woningen aangepast worden. Daar moet echt snel actie op ondernomen worden.”

‘Verbouw kantoren en winkels’

Maar is het wel realistisch om in een krappe woningmarkt zoveel seniorenwoningen te realiseren? “Ja hoor, dit probleem is zeker op te lossen. Bouw bijvoorbeeld kantoorgebouwen en winkels zo snel mogelijk om. Dus gemeenten moeten soepeler omgaan met het aanpassen van bestemmingsplannen. Dan blijft tenminste ook het groen behouden en worden niet alle weilanden volgebouwd.”

Sociaal contact speelt grote rol

Het gaat echter niet alleen om huizen die aangepast zijn voor mensen met mobiliteitsproblemen. Gezelligheid en sociaal contact blijken minstens net zo belangrijk.

“Waarom hoor ik regelmatig dat het jammer is dat de 800 verzorgingshuizen in Nederland verdwenen zijn? Niet omdat mensen terugverlangen naar kleine kamertjes en verplicht samen eten in de eetzaal, maar omdat ze de gezelligheid missen als een activiteitenbegeleider de bingo leidt. En er is ook een groep die de gezelligheid liever zelf organiseert, omdat ze nog zeer zelfstandig zijn.”

‘Zorg voor diverse soorten seniorenwoningen’

De ANBO is dan ook vooral een voorstander van diversiteit, zodat iedereen iets van zijn gading kan vinden. “Voor de ene oudere is dat een aanleunwoning bij een verpleeghuis met zorg op afroep en spelletjes of creatieve middagen. Een ander kiest er liever voor om samen met gelijkgestemden een Knarrenhof te laten bouwen. En weer een andere senior wil in de eigen aangepaste woning dichtbij voorzieningen zitten, waar in het gezondheidscentrum of de bieb wekelijks een koffieochtend met gastvrouw is.”

Is voorrang voor senioren wel eerlijk?

Maar is het wel aan andere woningzoekenden in Westfriesland te verkopen als gemeenten en woningcorporaties nu al hun geld en energie gaan stoppen in seniorenwoningen?

“Stromen zestigplussers door uit hun grote eengezinswoning of hun appartement in een buitenwijk dan geeft dat ook ruimte op de woningmarkt voor jongere leeftijdscategorieën”, zegt Schipaanboord. “Daarnaast zijn bijvoorbeeld gezinnen met jonge kinderen ook blij met een grote badkamer en brede deuren, dus kun je de woningen eveneens aan een bredere groep aanbieden.”

Terug naar de nieuwspagina

Meld u aan voor de nieuwsbrief


ZZWW duikt in de ouderenhuisvesting (deel 1)

Uit eigen ervaring: bewoonster Tini Hartog (82) en mantelzorger Helena van Hoogstraten (52)

Foto: Tini Hartog-Molenaar

‘Het is vooral heel prettig dat de zorg en gezelligheid zo dichtbij zijn’

 

Als ouderenhuisvesting beter geregeld is, komen er minder mensen in het ziekenhuis en is er minder (thuis)zorg nodig volgens Stichting Zorg Zoals de Westfries het Wil (ZZWW). Daarom besteden we de komende tijd aandacht aan verschillende aspecten van de ouderenhuisvesting in Westfriesland. Deze keer: wat vinden ouderen en mantelzorgers belangrijk?

Als het niet meer gaat…

“Mijn man had Parkinson en ik kreeg een hartaanval. Toen ging het simpelweg thuis niet meer, want ik kon niet meer voor hem zorgen”, vertelt de 82-jarige Tini Hartog-Molenaar. Haar man kreeg een kamer in verpleeghuis Almere in Opperdoes en vrij snel daarna verhuisde ook mevrouw Hartog-Molenaar naar een andere kamer op dezelfde woonzorglocatie van Omring.

“Maar mijn dochter wilde liever dat we in Sweelinckhof in Wognum kwamen wonen. Dat is voor haar dichterbij en bovendien komen we hier vandaan. We kregen een fijne aanleunwoning. Helaas is mijn man inmiddels overleden.”

Goede ruil

Mevrouw Hartog-Molenaar behield haar ruime appartement en haar zoon trok in haar oude, grote huis. “Deze aanleunwoning is ideaal, hoor. Als er iets is, dan krijg ik hulp vanuit het verpleeghuis. Bijvoorbeeld toen ik een tijdje geleden opnieuw hartproblemen had. Verder vind ik het hier gewoon ook heel gezellig in de flat. Op de gang heb ik een praatje met de buren of ik ga koffiedrinken bij bekenden die hier ook wonen. Of ik ga met mijn kinderen of kennissen eten in het restaurant van het verpleeghuis.”

Opgefleurd na de verhuizing

Juist het sociale aspect blijkt ook bij andere ouderen van groot belang. Zo vertelt mantelzorger Helena van Hoogstraten dat ze nooit verwacht had dat haar 85-jarige moeder het al meteen zo naar haar zin zou hebben na een verhuizing naar een zelfstandig appartement bij een verpleeghuis ver weg van haar geboortegrond (maar dichtbij haar dochter).

“Ze heeft haar hele leven in en rondom Rotterdam gewoond, dus ik rekende wel op wat gemopper. Maar ze zegt telkens dat ze nooit meer terug wil. Dat komt doordat ze nu veel meer aanspraak heeft dan toen ze nog in haar oude appartement woonde. Nu haalt ze elke dag haar krantje bij de receptioniste en doet ze twee keer per week mee aan een spelletjesmiddag. Ik merk echt dat ze is opgebloeid.”

Net dat kleine zetje

“In het verleden probeerde ik haar wel te stimuleren om mee te doen aan activiteiten van de ouderenvereniging in de buurt, maar ze had er moeite mee om er alleen heen te gaan. Nu kwam een van de begeleidsters haar de eerste paar keer gewoon even halen en inmiddels gaat ze er uit zichzelf heen. Dat kleine zetje heeft een enorm verschil gemaakt. Ik vraag me dan ook af of louter activiteiten organiseren in een wijkcentrum voldoende is.”

Veilig en vertrouwd

“Het voordeel van een aanleunwoning is ook dat het een vertrouwd idee is dat er in nood altijd snel hulp is. Drukt ze per ongeluk op de alarmknop om haar nek, dan reageert er meteen iemand van de verzorging via een soort intercom en die blijven altijd even geduldig. Soms komen ze toch nog even naar haar toe om te checken of alles oké is, bijvoorbeeld toen ze bij het jus maken veel stoomwolken produceerde en het brandalarm afging bij de teamruimte van de verzorging. De drempel is lager als je alleen maar een gang hoeft door te lopen, dan wanneer er een thuiszorgmedewerker op de fiets moet stappen om naar iemand toe te gaan.”

Meer aanleunwoningen!

De geïnterviewde oudere en mantelzorger zijn er dan ook vanuit hun eigen ervaring een voorstander van dat er meer aanleunwoningen bij verpleeghuizen worden gebouwd.

Terug naar de nieuwspagina

Meld u aan voor de nieuwsbrief